|
The Big Trip
Mei 2 Woensdag 17 mei 2006. Een heldere hemel en een stralende, warme zon en dat om 7 uur ‘s morgens, heerlijk. Alles staat klaar alleen nog aankoppelen en m 9.15 uur kunnen we vertrekken. We hebben voor de zekerheid een paar punten opgeschreven, we kunnen op twee manieren door Sydney. Route nr. 1 of nr. 3. De bedoeling was Hornsby maar daar in de buurt is niet veel aan camping te vinden. Volgens het boekje van FPA is het eerste FPA park met draadloos internet in The Entrance North, maar dat is nog eens 90 km verder. We kijken wel hoeveel tijd we nog hebben als we door Sydney heen zijn. Dat valt alles mee, om twaalf uur staan we op een grote rustplaats op de Freeway voorbij Sydney. We hebben toch gewoon de route nr. 1 genomen via de toll tunnel en besluiten om na de koffie door te rijden naar The Entrance. Een mooie rit in heerlijk weer met enorme vergezichten . Om 3 uur rijden we de camping “Two Shores Holiday Village” op. Een grote naam voor een niet al te grote camping. We hebben een plaats achteruit aan de rand van het Tuggerah Lake en zodoende een uitzicht als een schilderij, wat kan een mens meer wensen. Een internetverbinding natuurlijk. Na een beetje rondkijken en hier en daar een praatje besluit ik eerst even de draadloze internetverbinding te testen en de email op te halen. Onze computer kan weer eens niets vinden, het is een grijze en dat is misschien hetzelfde als blond. Dus ik ga naar de receptie om te vragen waar de internet verbinding uit de advertentie is gebleven, blijkt het office na 5 uur gesloten en is er een bel waar nieuwe klanten tot 9 uur ’s avonds terecht kunnen en voor noodgevallen. Ik ben bang dat mijn klacht alleen bij mij onder de noodgevallen komt, dus maar gewoon rustig afwachten tot morgen. Ik hoop wel dat er een goede verklaring is want dit is al het derde FPA park met advertentie over draadloos internet,die na aankomst niet blijkt te werken. Na een heerlijke pittige pasta en een beetje koffie en TV, die ontvangst is gelukkig wel goed, hebben wij het voor vandaag wel weer gehad en om 22.30 uur is bij deze ouden van dagen het licht uit en de ogen dicht. Donderdag 18 mei 2006. Ik ga vol goede moed naar het office en vraag naar de internet verbinding. De vrouw aan de balie weet er niet veel van en zegt dat ze het er met de manager over zal hebben en dan naar ons toekomt met de utslag. Ik hou mijn hart alweer vast. Geweldig, zij komt om 9.30 vertellen dat het draadloos internet niet werkt maar dat ik mijn laptop mag aansluiten aan hun netwerkverbinding. Zij laat mij de verbinding zien en er blijkt een Multi pc modem router te zijn zonder draadloze verbinding. Mijn reserve utp kabel is te kort omdat de modem in de garage tegen het dak aanzit. Geen probleem ik mag aan de balie mijn laptop neerzetten en de netwerkkabel uit hun computer halen en mijn computer aansluiten. Dat is een service en klantvriendelijk hulp die je niet snel tegen komt. Ik leg de manager uit dat het zonde is dat mensen niet op het internet kunnen terwijl er wel een goede verbinding is en een extra kabel voor dit modem geen probleem is en dat bij een vorige camping ze een kamertje hadden met een aansluiting voor je computer en dat hij op die manier toch geld kan rekenen voor het gebruik van het internet. Hij zegt dat hij een tafeltje gaat neerzetten en een aansluiting maken zodat mensen kunnen zitten en hun laptop kunnen aansluiten, tot dan mag ik hun aansluiting gebruiken als ik hem nodig heb. Als een speer terug naar de caravan en de website klaarmaken om te kunnen uploaden. Dat kost de hele middag. Aan het eind van de middag gezellig zitten borrelen met de buren Gaby en John, die we al eens ontmoet hadden in Mallacoota. Vrijdag 19 mei 2006. Ik heb nog het een en ander veranderd aan de website en ga maar weer naar het office om verbinding te maken en de email op te halen. Ik val haast uit mijn schoenen (slippers) , er staat een tafel met een stoel in de hoek, er zijn een paar planken van de muur gehaald en er is een utp kabel door getrokken zodat je met een laptop rustig kan werken. Ik wordt gelukkig niet gestraft met de rekening voor het gebruik van internet, na mijn “goede” raad, nee beter nog, ik mag als dank gebruik maken van de aansluiting en mag in en uit lopen zoveel ik maar wil. Dat noem ik nog eens maatregelen nemen en een leuke manier van dank je wel zeggen. We gaan de omgeving maar eens verkennen. De camping ligt aan het Tuggerah Lake met aan de andere kant van de weg, achter de duinen. De zee. Ook The Entrance en omgeving is dichtbij Sydney en hebben ze het toerisme ontdekt. Er is heel veel gebouwd en er staat veel te koop en te huur. De prijzen zijn er dus ook naar. 4, 5 en 600.000 dollar is heel gewoon. Ook de winkelstraten zijn vol met terrasjes en koopjes. Het is het eind van het seizoen gelukkig, ik denk dat je in de piek tijd over de mensen kunt lopen. We doen boodschappen en ik haal andere vishaken want ik ga zaterdag ochtend met Paul en zijn visklas vissen, en volgens hem zijn mijn haken te klein. Zaterdag 20 mei 2006. Het is een sombere morgen . Ik had deze dagen een gesprek met Paul Madden. Hij woont hier permanent op de camping en geeft hier les in vissen en wordt hiervoor betaald door de universiteit. Hij had mij uitgenodigd om vandaag met hem en zijn klas mee te gaan en te kijken hoe het optuigen van de hengel en het vissen hier in Australië gaat. De “klas” was 7 man en vrouw groot en het begon om 8.00 uur met het optuigen van de hengel en het aanzetten van de haak. Het waren merendeel ouderen en het idee hierachter is, als ze toch gaan vissen, kunnen ze het beter gelijk goed doen. Het is leuk om te zien hoe iedereen z’n best doet en hoe Paul geduldig blijft uitleggen hoe het moet. Na het optuigen gaan we allemaal naar een mooie visplaats bij de brug van The Entrance. Paul en Jed, het zoontje van de eigenaars van de winkel, rijden met mij mee. Paul heeft levend aas voor iedereen en doet voor hoe het aas aangebracht moet worden. Ik heb mijn stoel meegenomen en maak mijn hengel ook in orde. Ik denk dat ik de kunst van het visvangen helemaal uitstraal, of misschien was dit wel zijn vaste plaats, maar de heer P. Kaan bleef vlak bij mij zitten, zoals je op de foto’s kunt zien, en dat geeft mij goede hoop. Als de heer P. Kaan, die zelf een heel goede visser is, er al in geloofd, moet ik het vertrouwen ook maar hebben. Zoals altijd rooien de stomste boeren de grootste aardappelen, dus de enige vis van deze ochtend werd gevangen door een oude man die nog nooit van z’n hele leven had gevist, en die na vijf keer voordoen nog niet begreep hoe de beugel van de molen dicht geklapt moest worden. Ik weet niet of de heer P. Kaan teleurgesteld was, ik in ieder geval niet. Ik heb weer een heleboel geleerd over het vissen op z’n Australisch en heb een heel gezellige ochtend gehad. Het weer knapt niet echt op en met regen en wind blijven we de rest van de dag op de camping. Zondag 21 mei 2006. Het weer is weer mooi en we gaan naar de markt, maar de plaats waar hij volgens de folder moet zijn blijkt gerenoveerd te worden. Met wat rondrijden en vragen komen we toch op de markt. We doen allebei moeite om niet met koopjes thuis te komen en na de boodschappen gaan we terug. Ik haal een zak garnalen en ga de nieuwe vistechnieken uitproberen. Het werkt ik heb een vis gevangen, ik weet nog niet hoe hij heet , maar daar kom ik nog wel achter. Volgens mij was hij nog iets onder de maat dus ik heb hem terug naar huis gestuurd om nog even te groeien. ’s Avonds een mooie film bekeken die we van het office geleend hadden. Maandag 22 mei 2006. We willen toch de omgeving een beetje gaan bekijken, dus Ineke doet de was en ik de email en we gaan op weg voor een rondje om “Brisbane Water”. Een mooie rit met de lunch in Ettalong. Na de lunch rijden we nog even iets verder door naar de Lookout van Mt Ettalong. Het laatste stuk mag je niet meer met de auto dus ik ga alleen lopend naar de top. Het is net een maanlandschap, in een woord prachtig en de moeite van het lopen meer dan waard. Terug op de camping zijn ze zo aardig geweest om de was af te halen omdat het dreigde te gaan regenen, dus die konden we zo meenemen. Gelukkig maar want het begint te waaiden en er komen zoveel donkere wolken, dat ik voor de zekerheid de luifel maar inklap en de tafel en de stoelen in de auto doe. Binnen is het warm en het is leuk om de wind en regen te horen als je gezellig binnen zit te eten. Dinsdag 23 mei 2006. Een sombere ochtend al is de wind wel gaan liggen. Een laatste dag is altijd een beetje opruimen en Ineke doet nog even de was, kunnen we morgen weer vertrekken met alles schoon. We gaan naar Singleton naar een neef van Ineke. Ik heb nog even aan Paul gevraagd wat het voor een vis is geweest, een Luderic, en volgens Paul had ik hem moeten opeten want volgens hem is het een lekkere vis. Ik type alvast een stukje dagboek in de computer want we gaan vanmiddag naar Toukley en eten daar vanavond in de RSL club. De club was mooi maar met het eten worden ze geen prijswinnaars, gauw vergeten dus. Terug naar de camping dan maar, is de drank goedkoper en kan ik nog wat schrijven. Woensdag 24 met 2006. Het is vannacht harder gaan waaien en ik had al mijn twijfels of we wel moesten gaan verkassen. Nu met daglicht schijnt de zon wel erg mooi maar er staat nog steeds een harde wind dus om 9.30 uur besluiten we om gewoon nog een dag langer te blijven. Het is, al had ik de eerste dag mijn twijfels, een heel gezellige en mooie camping met een leuke leiding en gezellig personeel, en dus geen enkel probleem om nog een dag langer te blijven.. Donderdag 25 mei 2006. Het weer is stukken beter en na gedag zeggen bij Paul en zijn vrouw vertrekken we om 10.00 uur via Toukley naar de Freeway richting Singleton. Tijdens een stop voor koffie worden we gebeld door John die vraagt waar we nu zijn en wijst ons de weg naar een camping dicht bij hun huis net buiten Singleton. We rijden camping “Singleton Caracourt” op. We kunnen hier de nachten niet bij elkaar optellen, dus voor de gratis 7e nacht moeten we gelijk 6 nachten boeken. Als we net zijn opgebouwd komt John, ze hebben elkaar meer dan 6 jaar niet gezien, dus kennis maken en bijpraten duurt bijna de rest van de middag. John werkt bij de Camberwell Coalmine als chauffeur op de trucks en als machinist op de shovels en bulldozers en ook als instructeur en heeft speciaal voor ons een dag vrij genomen. Na de koffie gaan we naar John’s huis en daar praten we verder met zijn vrouw Jane en de kinderen Adam en Melanie en haar vriend Guy. En na het eten en al dat praten is het ineens weer 23.00 uur en tijd om naar huis te gaan. Vrijdag 26 mei 2006. Om 10.00 uur halen we John op en gaan naar de caravanshow in Maitland. Nieuwe ideeën opdoen en zoeken naar koopjes en dingen die we nog nodig hebben. Nog steeds tevreden met onze caravan maar met alvast een nieuw idee over hoe onze volgende caravan er uit zou moeten zien, gaan we weer naar huis en na ’s avonds eten met ons zessen in de plaatselijke RSL club en het winnen van een vleespakket in de loterij is het ineens weer 23.00 uur. De tijd vliegt als je het naar je zin hebt. Zaterdag 27 mei 2006. Gisterenavond zagen wij dat er weer nieuwe gasten waren bij gekomen op de camping. Links een huurcamper van Apollo en rechts naast ons een eenpersoonstentje en een fiets. In dit land waar iedereen een ritje van 500 km normaal vind is het naar mijn idee dapper om dat op de fiets te doen. Ineke heeft het altijd koud en iemand in zo’n klein tentje heeft het dan volgens haar natuurlijk ook koud, dus zij vraagt:eerst aan mij in het Hollands "zal ik aan die man vragen of hij misschien een bakkie wil", ik zeg natuurlijk als je nog hebt. Dus Ineke vraagt aan die man “Do you like a cup of coffee” , en de man antwoord in prima Hollands: “dat zou wel lekker zijn”. Overal kom je die Hollanders tegen. Het is Roger uit Eindhoven, bezig met een wereldreis op de fiets. En ik maar denken dat wij stoer zijn met onze luxe caravan een “reisje” door Australië. We drinken gezellig koffie en als John er is vertelt hij Roger dat de Rodeo van vandaag in Singleton een echte is met paard en stier rijden. Roger besluit nog een dag te blijven en naar de Rodeo te gaan en we zullen elkaar daar treffen na ons bezoek aan de Camberwell Coalmine. We gaan met de auto van John naar de mijn. Singleton is een streek van kolenmijnen en de mijn waar John werkt is een “open cut mine” kool zit daar dicht aan de oppervlakte en ze scheppen het met zware machines op tot een diepte van 80 mtr waarna ze ondergronds 5 tot 6 km verder werken en gaan daarbij naar een diepte van 1km. Ze gebruiken boormachines om gaten te boren voor springladingen, laten die springen, halen de kool eruit en met het residu wordt achter hun aan het gat weer opgevuld en, voorzien van een nieuwe toplaag, weer beplant met bomen. John meld zich bij Rex Hollis, de chef die op dat moment dienst heeft en we krijgen een Toyota Landcruiser voor een scenic tour. Het is net een doolhof met wegen zo breed als een voetbalveld die door graven en aan de andere kant opvullen regelmatig weer van richting veranderen. In een open mijn is alles groot, de trucks zijn 6 mtr breed en 14 mtr lang en worden nieuw in delen aangevoerd en ter plaatse in elkaar gezet. De banden zijn zo groot dat Ineke als ze er naast staat maar net tot de naaf komt en kosten $30.000,-- per stuk en er zitten er 6 onder, geen reservewiel, je kan een lekke band toch niet zelf wisselen. Er zitten 16 cylinder motoren in die nieuw $500.00,-- en gereviseerd $300,000,-- per stuk kosten. John brengt ons naar een punt waar die trucks geladen worden . Er zijn drie bakken met deze kraan nodig om een truck te laden, elke schep is 60 ton met een bak die van onderen open gaat om te legen. John regelt dat ik een rit mee kan. We rijden naar de plaats waar de trucks lossen en zo het gat van de mijn weer opvullen. Er staat een Caterpillar D11 bulldozer om telkens de boel na het storten weer vlak te schuiven. Truck nr 320 met chauffeur Craig stopt voor ons en laat de trap met 7 treden naar beneden zodat wij de hele 15 treden naar boven kunnen klimmen. Hoe dichter je bij de truck komt des te groter wordt hij, enorm. Ik vroeg mij beneden af waar ik dan kon zitten, zelfs boven op het bordes zie je niet dat de cabine een ruimte heeft van een kleine personen wagen. Als ik zit is het uitzicht of je op een huis staat. Een zes versnellingen automatische bak, aircondition, radio-cd speler en heerlijk geveerde fauteuils, maken dat je echt op je gemak zit. We rijden naar de kraan en tijdens het laden kan je op de dashboard het gewicht aflezen. 3 bakjes en 188 tonlading en daar gaan we weer. De trucks die zelf 200 ton wegen rijden 7 dagen 24 uur en hebben een tank van 3500 ltr die na iedere 24 uur weer gevuld moeten worden. Zo’n rit is toch een hele ervaring en ik dank John dat ik dit heb kunnen doen. Ik bedank Craig voor de rit en beloof hem dat ik zijn foto op onze website zal zetten. We gaan nog naar een hydraulische kraan waar ik na het beklimmen van een trap ook even in kan zitten en na een rit langs het gedeelte waar de treinwagons per stuk met 100 ton kool worden geladen gaan we naar de parkeerplaats waar deze monstertrucks staan als ze niet in gebruik zijn. Er staan ook tank en waterwagens en John neemt Ineke ook even mee naar boven om zo’n truck te bekijken en in de cabine te zitten. Als ze boven op het bordes staat kan je zien dat de zijspiegel van zo’n truck makkelijk als passpiegel gebruikt kan worden. Na een kijkje in de kleedkamer is er weer een eind gekomen aan ons bezoek aan de Camberwell coalmine, iets waar je normaal gesproken niet gauw de kans voor zult krijgen. Ondanks dat de zon het vandaag laat afweten kan deze dag voor mij niet meer kapot en ik bedank John voor de rit, de bezichtiging en de uitleg en ik hoop dat de foto’s een beetje een idee geven van deze onvergetelijke ochtend. Terug op de camping nemen we een lunch en gaan naar de Rodeo. Ik had het nog nooit in het echt gezien. Heel er leuk en als John ons rond half zes heeft gevonden kunnen we mee naar de sponsortent, de coalmine is ook sponsor voor de Rodeo. Nu kunnen we helemaal vooraan zitten, Roger mag ook mee en we zitten er nu met ons neus bovenop. Ik ga het zeker nog een keer bekijken als er ergens op onze route weer een Rodeo is, al zullen we niet overal in een sponsortent kunnen komen. Zondag 28 mei 2006. Jane en John hadden ons en Roger uitgenodigd voor een bacon and eggs ontbijt. Roger is aan het inpakken en ik zit er naar te kijken en het is verbazend hoe alles steeds kleiner wordt op gevouwen en uiteindelijk op de fiets gepakt. Ik blijf het dapper vinden om op die manier de wereld rond te gaan. Na een heerlijk ontbijt vertrekt Roger op zijn fiets en ik ga met John aan de computer en aan het eind van de middag hebben we een heerlijke uitgebreide BBQ en uiteindelijk hebben we het weer voor elkaar het is weer 23.00 uur. Maandag Dinsdag en Woensdag 29 t/m 31 mei 2006. Computerles en familie bezoek, geen spannende dingen. Die komen weer in de volgende aflevering Juni 1 . We hebben besloten om niet donderdag maar komende zondag te vertrekken, dan kan ik zaterdag nog een keer met John naar de mijn. Misschien schijnt dan de zon en zijn de foto’s iets vrolijker. Will be continued
Klik hier voor de foto's voor dit deel Update van deze pagina zaterdag 02 februari 2008 |